Bron: | Rijksmuseum |
Datering: | 1616 |
EEN AFDRUK VAN DEZE KAART BESTELLEN? KLIK HIER Deze prachtige, zeer gedetailleerde vogelvluchtkaart van Dokkum werd gemaakt voor boek “Rerum Frisicarum Historia” van de Groninger geleerde Ubbo Emmius. Dat boek verscheen in 1616, twee jaar nadat Ubbo Emmius, als medestichter, de eerste rector werd van de Groninger universiteit. Van Geelkercken maakte voor het boek ook kaarten van de andere 10 Friese steden. Anders dan bij de kaarten van Van Deventer en Braun en Hogenberg, die noord-zuid georiënteerd waren, ligt bij Van Geelkercken het oosten boven. Een mogelijke verklaring voor die keuze is dat op die manier van meer belangrijke gebouwen het aanzicht getekend kon worden. Overigens gaat dat argument niet op in het geval van het (nieuwe) raadhuis (op de kaart aangeduid met C) en het onderkomen van de destijds in Dokkum gevestigde Admiraliteit (G). Beide gebouwen zijn weliswaar prominent weergegeven, maar niet ‘van hun beste kant’. Dat eerst Blaeu (1649) en daarna Schotanus (1664) bij het maken van hun kaarten sterk leunden op de kaart van Van Geelkercken, blijkt wel uit het feit dat zij dezelfde oriëntatie aanhielden. Omdat het gaat om vogelvluchtkaarten, zouden ze bij een verandering van de oriëntatie alle huizen en gebouwen vanuit een ander perspectief moeten tekenen. De kaart van Van Geelkercken is de eerste kaart waarop de in 1581 gerealiseerde (en nog steeds bestaande) vestingwerken rond Dokkum te zien zijn. Om tijd en kosten te sparen werd de fortificatie ‘strak’ om de toenmalige bebouwing heengelegd. Binnen de omwalling is daardoor maar weinig onbebouwde grond. Wat verder opvalt is dat van de grote abdijkerk alleen de toren er nog staat (B). Het materiaal dat vrijkwam bij de sloop van de abdijkerk rond 1585 werd gebruikt voor de restauratie en uitbreiding van de kleinere kerk die ernaast stond (A). Die kerk heet sindsdien Grote of Sint Martinus Kerk. De abdijtoren werd pas rond 1830 gesloopt. De brede brug voor het Stadhuis heet tegenwoordig De Zijl. Die naam verwijst naar de sluis die er in 1584 werd gebouwd. Voor die tijd was tot voorbij Dokkum spake van eb en vloed. Ten oosten van van De Zijl bleef de getijdenwerking nog bestaan tot 1729. In dat jaar werd bij Dokkumer Nieuwe Zijlen een nieuw sluizencomplex gebouwd. Veel van de op de kaart afgebeelde bedrijvigheid heeft te maken met de scheepsbouw en de Admiraliteit. Aardige details zijn bijvoorbeeld de kannonen die klaarliggen op de kade bij het ‘equipagehuis der Admijraliteit’ (H) én daar om de hoek, waar ook twee mannen bezig zijn met houtbewerking. Op de zuidoostelijke dwinger wordt (als test?) een kanon afgevuurd en op de ‘Braubanck met het timmerwerf’ tegenover de ‘Collegie van der Admijraliteit’ is een man met geheven bijl te zien. Bij de ‘Aeniumer pijp’ bij de noordoostelijke dwinger en bij ‘De 3 pijpen’ aan de zuidwestkant zijn kleinere scheepswerven te zien en op het noordelijke bolwerk een lijnbaan. Bronnen:
| |